Het onteigeningsrecht heeft verstrekkende gevolgen voor private personen en rechtspersonen wiens eigendom of zakelijke recht(en) ontnomen wordt. Maar hoe gaat deze procedure in zijn werk? En kan u actie ondernemen tegen een onteigening? Advocatenkantoor Astrea schept duidelijkheid.
Wat houdt een onteigeningsprocedure in? Een onteigening is een juridische procedure waarbij de overheid eigendom van private personen en rechtspersonen verwerft voor doeleinden van openbaar nut. Denk maar aan: infrastructuurprojecten, economische ontwikkeling of stadsplanning. Het onteigeningsrecht is verankerd in de Belgische grondwet en het onteigeningsdecreet. Om gronden of zakelijke rechten zoals bvb een erfdienstbaarheid via een onteigening te verwerven, dient de onteigenaar strikte voorwaarden in acht te nemen. Een onteigening gebeurt niet van de ene dag op de andere, maar verloopt in verschillende stappen. We zetten deze hieronder op een rij.
Stap 1: het voorlopig onteigeningsbesluit
Via het voorlopige onteigeningsbesluit maakt de overheid die onteigent bekend dat ze onroerende goederen of zakelijke rechten wil onteigenen. Dit besluit moet de noodzaak en het openbaar nut van de onteigening aantonen.
Stap 2: openbaar onderzoek
Eigenaars en houders van zakelijke rechten worden via het openbaar onderzoek ingelicht over de onteigening. Een openbaar onderzoek duurt 30 dagen. Alle personen die onteigend worden, kunnen hun standpunten, opmerkingen en bezwaren indienen bij de onteigenende overheid.
Stap 3: definitief onteigeningsbesluit
In het definitieve onteigeningsbesluit legt de overheid de onteigening vast. In dat besluit geeft ze aan hoe ze is omgegaan met de overgemaakte standpunten, opmerkingen en bezwaren.. Alle belanghebbendenkunnen een definitief onteigeningsbesluit aanvechten bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen. De Raad zal het besluit toetsen op zijn wettigheid.
Stap 4: onderhandelingen
Vervolgens doet de overheid een verplicht aanbod om de gronden of zakelijke rechten minnelijk te verwerven. Beide partijen kunnen onderhandelen over het gemaakt aanbod.
Stap 5: gerechtelijke fase
Bereiken de partijen geen akkoord dan kan een gerechtelijke onteigeningsprocedure bij de bevoegde vrederechter opgestart worden. Deze zal eerst de wettigheid van de onteigening beoordelen. Nadien zal de vrederechter oordelen over de onteigeningsvergoeding.
De onteigeningsvergoeding moet de onteigende in staat stellen een gelijkwaardig goed aan te schaffen. Dit omvat niet alleen de marktwaarde van het onroerend goed, maar ook bijkomende kosten zoals verhuiskosten en waardevermindering.
Tegen de uitspraken van de vrederechter kan telkens hoger beroep worden aangetekend bij de bevoegde rechtbank van eerste aanleg.
Met meer dan 25 jaar ervaring in onteigeningsrecht biedt Astrea bijstand aan onteigenaars en onteigenden in deze procedures. Meer weten? Neem
contact op met ons team publiek- en administratief recht.